woensdag 25 september 2013

Ondertussen in Ecuador...

Gegroet oftewel Buenas Dias

Ik begin aan dit blogbericht zonder echt te weten waar ik over zal schrijven. Nu denkt u, de intelligente lezer, vast: "Is er dan werkelijk niks gebeurd de voorbije 2 weken?". Het antwoord op die vraag is simpel: neen.

We gingen oma bezoeken in een-boerengat-waar-ik-de-naam-van-vergeten-ben. De rit was heel hobbelig aangezien de weg in quasi gebombardeerde staat was, maar Speedy Morales - ja die naam kreeg de vader des huizes toegewezen - baande zich er een weg doorheen. Van de gelegenheid maakten we gebruik om de bergen eens te bezoeken. Onder deze bergen was er wel 1 speciaal geval. Hij was namelijk voorzien van een -toch ietwat droef- gezicht. Oogt lekker op de foto en we reden verder naar de abuela. We hielden nog 1 stop: Otavalo. Een authentiek marktje (al ben ik daar nu zo zeker niet van...) met truien en alles wat je maar niet nodig hebt afkomstig al dan niet uit Otavalo. Ik kon mij het plezier natuurlijk niet ontnemen een super zachte en warme lamatrui te kopen gemaakt van alpacawol en deed dat dan ook. Hij is echt zo zacht dat ik ga sterven. Er hing geen etiketje in de nek dus 'Made in China' kon er alleszins al niet op staan. Het zal de stereotype gebouwde mannetjes en vrouwtjes van Otavalo chorizo wezen. Die avond was er een feest met heel de familie, want iemand van diezelfde familie vertrekt voor goed naar Spanje. Aan alcohol was er hier wel een tekort. Volgens mijn jongste gastbroer was het gebrek aan plezier daaraan te wijten. De volgende dag keerden we terug naar Quito en daarmee was de kous af.

Ik ging 2 weken geleden voor het eerst naar school en toen ik ontdekte hoe laag het niveau wel niet lag in de ingresso-cursus, besloot ik er behalve dit niet te veel woorden aan vuil te maken. Even ter verduidelijking: om door te mogen naar het hoger onderwijs in Ecuador moet je een ingangsproef doorstaan. Die is ook naar Ecuadoraanse normen vrij eenvoudig. Er is natuurlijk altijd wel een zootje ongeregeld die erin slaagt om daarvoor te falen. Die jongens en meisjes moeten dan een cursus volgen om het 'examen' nogmaals te proberen. Wij werden daarin geplaatst om ons Spaans bij te schaven. Ik weet nu wel heel zeker dat 120 gedeeld door 5, 24 is, maar behalve dat heb ik tot nu toe nog niet veel Spaans bijgeleerd. Mijn gastbroer leert me meer. Veel dingen die ik moet onthouden, want ik mag ze nooit zeggen en ik moet me beledigd voelen als iemand ze tegen me zegt.

Verder hebben we dit weekend een groot kampvuur gemaakt en gebarbecued in deze volgorde. Vandaag was ik ziek en heb ik veel in mijn bed gelegen. Maandag studeert Naty af. We gaan allemaal naar de proclamatie. Als ik een beetje geluk heb, mag ik misschien een maand gaan gidsen op de Galapagoseilanden. Morgen is weer een nieuwe dag. Ik ben eens benieuwd wat we dan gaan doen. Meer nieuws volgt later ... misschien ...

donderdag 12 september 2013

Pedrito Coco



Dag familie, vrienden en sympathisanten

Ik heb al even niks van mij laten horen, maar zo meteen zal blijken waarom.
Ik ben nu exact 1 week in Ecuador. De vlucht verliep zonder noemenswaardige incidenten. Ik zat naast een sympathieke kale man die van Zweedse afkomst bleek te zijn. We hebben wat over koetjes, kalfjes en Wallander gepraat. Voor het opstappen naar Quito hadden we het genoegen twee uur te mogen vertoeven op de luchthaven van Schiphol. Dat is ongeveer de tijd die tussen de aansluiting naar Quito en de vlucht van Brussel naar Schimmelhol zat. Bij het opstappen, bleek ook dat de Ecuadoranen toch gehaaster waren dan ons verteld was om hun genummerde plaats in te nemen. Ai ai ai, caramba...

Wanneer we aankomen ben ik de enige op wie niemand staat te wachten, behalve Ximaena dan van YFU zelf.  Een andere YFU studente uit Estland moest ook mee met ons. Zij had echter wel een familie, maar die kon niet op de luchthaven aanwezig zijn om welke reden dan ook. Voor we de parking konden verlaten, moesten we eerst nog 30 dollar boete betalen, omdat Ximaena haar ticketje van de parking kwijt was. Goed begonnen, is ...

Onderweg naar het YFU-kantoor weet Ximaena mij echter te vertellen dat ze een gastgezin gevonden hebben en dat ik er meteen heen ga. Dat was toch even fijn om te horen, want ik kreeg bijna het gevoel dat niemand mij wilde. Mijn gastbroer Martin komt me ophalen, maar we moeten even wachten. In Quito is er een systeem van nummerplaten. Een speciaal systeem, dat ervoor zorgt dat er niet te veel auto's op de wegen van Quito rijden. Elke auto krijgt een nummer van 1-10 (ik zeg maar iets) en nr 1 mag enkel op maandag rijden en maar vanaf 19u30. Het is bij wijze van voorbeeld. Hetgeen ik zeg klopt niet. Hoe dan ook, Martin mocht nog niet rijden.

Ik was heel welkom bij aankomst. Ik werd mijn kamer gewezen en zo blijkt heb ik een eigen badkamer! De mama praat heel vlug, terwijl papa Wilson meer het rustige type is. U ziet, ze vullen elkaar mooi aan. Verder heb ik nog een zus (tweeling met Martin (24 jaar)) en een broer Hernan (27 jaar). Die avond zelf al, werd ik alleen gelaten met de mama. Op zich geen probleem, ware het niet dat Maria - want zo heet de mama - er vanuit ging dat ik behoorlijk Spaans kan. Nu, ik begrijp wel een stuk, maar niet als ze zo vlug praat. Zo kwam ze te weten dat mijn moeder een restaurant had en daarom wafels gebakken had. Dat was ook de reden waarom ik 'cerdo, pollo y camarones' kende. De teleurstelling viel nogal mee toen Martin het misverstand de volgende morgen aan de ontbijttafel aan het licht bracht. Dit deed hij door de wenkbrauwen te fronsen als Maria zei dat mijn mama een restaurant had. Verder was het gesprek behoorlijk vruchteloos, daar ik niet goed Spaans kan. We keken dan maar wat TV samen - waar ik dus ook geen snars van begreep- en wat later besloot ik mijn nieuwe bed voor een jaar eens te bezoeken.

De volgende morgen nam Martin me mee naar Atacames, een stad aan de kust. Een busritje van een mooie 8 uur achter de kiezen, dachten we aangekomen te zijn. Niet dus.
 - Even nog een kleine anekdote: toen we rond de middag uitstapten om te eten, zag ik de buschauffeur op de grond zitten. Toen ik een 2de keer keek, zag ik dat hij met zijn voeten een grote steen voor de band van de bus aan het duwen was. Handrem, Ecuador style. -
We komen dus (niet) aan in Atacames. Ik zie op het gezicht van Martin dat er iets mis is. Hij wist me te vertellen dat hij gefopt geweest was door de mevrouw van de busdienst in Quito. We moesten nog een halfuur/uur op de bus zitten richting Atacames. We moesten dus een nieuw ticket kopen bij de compagnie met de niet zo toepasselijke naam 'Costañita'. Uiteindelijk komen we dus toch in Atacames, meer bepaald in Castel Novo. Daar heeft het gezin Tincho een appartementje waar ik met mijn gastbroer en zijn vrienden de komende week zou doorbrengen.

De vrienden van Martin kwamen niet veel later aan. Andres, Andrea, Dino, Erika 'Rika', Juan 'Chuchini' en Renata 'Rena' zijn hun namen. Dino komt uit Roemenie en kan dus behoorlijk Engels, net als Juan, maar ik weet niet waar hij het geleerd heeft (hij komt uit Ecuador). We zijn die avond even uit geweest, maar al gauw bleek dat het er dood was. Het was tenslotte donderdag. We zetten het feest dan maar verder op het dakterras van het appartement. Aangezien het verboden is door YFU, heb ik de hele avond cola moeten drinken. Die Pedrito Coco zag er nochtans niet slecht uit. De volgende morgen hebben we gezwommen en à la Ecuador, niks gedaan. Hakuna Matata.

Die dag echter speelde Ecuador tegen Colombia, een uitmatch. De hoogte van Quito kon hen dus geen voordeel bieden. Elk café, restaurant ... is hier voorzien van een televisie. De kleine jeugdherberg die we laatst aandeden, kon net 2 bedden en een badkamertje voorzien, maar een tv moet er zijn! De restaurants met de grootste tv's zaten het volst en iedereen bekijkt gespannen de match.

Ecuadoranen zijn trots op hun team. Een voetbalmatch is dus een niet te missen evenement als u beslist het land ooit eens met uw aanwezigheid te verblijden. De plaatselijke zelfstandige mag er dankbaar om zijn. Alhoewel ze niet kunnen samenspelen en Colombia duidelijk het betere team is van de twee, blijven ze er toch in geloven. Als blijkt dat het balbezit de hele tijd voor Colombia is en elke minieme kans in de kiem gesmoord wordt - al dan niet door het geklungel van Ecuador zelf, sorry - wordt de sfeer al gauw grimmiger. Die ene leukerd die buiten met zijn vuvuzela de hele tijd Colombia staat te schreeuwen, had niet bepaald een meerwaarde voor die sfeer, maar het zal hem worst gewezen hebben. Er komt nog een goal tegen, samen met het gevloek van een restaurant vol Ecuadoranen. Je hoefde echt geen Spaans te kunnen om te verstaan wat er gezegd werd.

Plots is daar het keerpunt: een fout van Colombia en een penalty voor Ecuador. Je kon een speld horen vallen. Als de bal de stip verlaat, veert heel het café in vreugde recht. De bal echter was niet in dezelfde stemming en besloot keihard naast te gaan. De toon was gezet en het restaurant liep leeg als de scheidsrechter de aftocht blies. De partij eindigde 2-0 voor Colombia, verdiend moest Martin toegeven. 'Wat is dat toch met ons team? Ze spelen als goden, maar ze verliezen telkens weer! Dat is omdat ze in de poule zitten met Argentinië en zo!' Ik zei niks en dacht er het mijne van.

Van folkmuziek heeft niemand hier ooit gehoord. Ze luisteren naar merengue, samba, salsa en brol (Pitbull nvdr.). Juan en Dino daarentegen houden ook van rockmuziek, yes. Dat ge-bailar gaat me niet zo goed af, maar dat komt wel zeker? We zijn in het weekend nog uit geweest, maar ik slechts 1 avond. De 2de ben ik in slaap gevallen. Ik was kapot door de jetlag. Elke dag ben ik om 5 of 6u wakker en ben ik om 18u alweer moe. Nu gaat het al wat beter.
Gisteren dan zijn we naar Mindo vertrokken. Onderweg zijn we in Santo Domingo gestopt om de match Ecuador contra Bolivie te volgen en ondertussen iets te eten. Ze speelden 1-1 gelijk, al bij al niet slecht als je hun spel achteraf bekijkt en het was hun 2de keeper. Dat bewees hij door een bal die hij eigenlijk moest tegenhouden, toch maar door te laten na een aarzelende tik met de vingers. We zetten de rit verder richting Mindo en komen 's avonds laat aan. We eten pizza, want we hebben niet veel geld meer en mijn bankkaart werkt niet (net als mijn telefoon nvdr.).
De volgende dag (vandaag dus) deden we een 7-tal deathrides in een natuurgebied bij de Rio Blanco. Die eigenlijk Rio Café moest genoemd hebben, maar wie ben ik om daar een mening over te hebben natuurlijk. Het was heel plezant en u kan mijn zeer fotogenieke aangezicht (ahum) bewonderen op mijn blog.

Nu is het dus verder afwachten of ik in dit gezin mag blijven. Ik vind het wel een tof gezin. Het is niet dicht bij alles, maar ook niet ver. Zoals alles hier. Misschien, een beetje, soms, kan zijn, tgoja, we zien wel. Dat is de Ecuadoraanse mentaliteit. O ja, ook hier geldt de wet van de vlugste in het verkeer en bushaltes, tjah. Je fluit eens en de bus stopt. Je springt er op, zegt waar je heen moet, betaalt vervolgens en klaar is Kees, euh Paco.

Saludos

Bernd

11/09/2013

Ps: boodschap aan mama: sinds gisteren is de eerste Ecuadoraanse OV2'er ook een feit. Zend je de papieren op?
more coming soon.