Gegroet oftewel Buenas Dias
Ik begin aan dit blogbericht zonder echt te weten waar ik over zal schrijven. Nu denkt u, de intelligente lezer, vast: "Is er dan werkelijk niks gebeurd de voorbije 2 weken?". Het antwoord op die vraag is simpel: neen.
We gingen oma bezoeken in een-boerengat-waar-ik-de-naam-van-vergeten-ben. De rit was heel hobbelig aangezien de weg in quasi gebombardeerde staat was, maar Speedy Morales - ja die naam kreeg de vader des huizes toegewezen - baande zich er een weg doorheen. Van de gelegenheid maakten we gebruik om de bergen eens te bezoeken. Onder deze bergen was er wel 1 speciaal geval. Hij was namelijk voorzien van een -toch ietwat droef- gezicht. Oogt lekker op de foto en we reden verder naar de abuela. We hielden nog 1 stop: Otavalo. Een authentiek marktje (al ben ik daar nu zo zeker niet van...) met truien en alles wat je maar niet nodig hebt afkomstig al dan niet uit Otavalo. Ik kon mij het plezier natuurlijk niet ontnemen een super zachte en warme lamatrui te kopen gemaakt van alpacawol en deed dat dan ook. Hij is echt zo zacht dat ik ga sterven. Er hing geen etiketje in de nek dus 'Made in China' kon er alleszins al niet op staan. Het zal de stereotype gebouwde mannetjes en vrouwtjes van Otavalo chorizo wezen. Die avond was er een feest met heel de familie, want iemand van diezelfde familie vertrekt voor goed naar Spanje. Aan alcohol was er hier wel een tekort. Volgens mijn jongste gastbroer was het gebrek aan plezier daaraan te wijten. De volgende dag keerden we terug naar Quito en daarmee was de kous af.
Ik ging 2 weken geleden voor het eerst naar school en toen ik ontdekte hoe laag het niveau wel niet lag in de ingresso-cursus, besloot ik er behalve dit niet te veel woorden aan vuil te maken. Even ter verduidelijking: om door te mogen naar het hoger onderwijs in Ecuador moet je een ingangsproef doorstaan. Die is ook naar Ecuadoraanse normen vrij eenvoudig. Er is natuurlijk altijd wel een zootje ongeregeld die erin slaagt om daarvoor te falen. Die jongens en meisjes moeten dan een cursus volgen om het 'examen' nogmaals te proberen. Wij werden daarin geplaatst om ons Spaans bij te schaven. Ik weet nu wel heel zeker dat 120 gedeeld door 5, 24 is, maar behalve dat heb ik tot nu toe nog niet veel Spaans bijgeleerd. Mijn gastbroer leert me meer. Veel dingen die ik moet onthouden, want ik mag ze nooit zeggen en ik moet me beledigd voelen als iemand ze tegen me zegt.
Verder hebben we dit weekend een groot kampvuur gemaakt en gebarbecued in deze volgorde. Vandaag was ik ziek en heb ik veel in mijn bed gelegen. Maandag studeert Naty af. We gaan allemaal naar de proclamatie. Als ik een beetje geluk heb, mag ik misschien een maand gaan gidsen op de Galapagoseilanden. Morgen is weer een nieuwe dag. Ik ben eens benieuwd wat we dan gaan doen. Meer nieuws volgt later ... misschien ...
woensdag 25 september 2013
donderdag 12 september 2013
Pedrito Coco
Dag familie, vrienden en sympathisanten
Ik heb al even niks van mij laten horen,
maar zo meteen zal blijken waarom.
Ik ben nu exact 1 week in Ecuador. De
vlucht verliep zonder noemenswaardige incidenten. Ik zat naast een sympathieke
kale man die van Zweedse afkomst bleek te zijn. We hebben wat over koetjes,
kalfjes en Wallander gepraat. Voor het opstappen naar Quito hadden we het
genoegen twee uur te mogen vertoeven op de luchthaven van Schiphol. Dat is
ongeveer de tijd die tussen de aansluiting naar Quito en de vlucht van Brussel
naar Schimmelhol zat. Bij het opstappen, bleek ook dat de Ecuadoranen toch
gehaaster waren dan ons verteld was om hun genummerde plaats in te nemen. Ai ai
ai, caramba...
Wanneer we aankomen ben ik de enige op wie
niemand staat te wachten, behalve Ximaena dan van YFU zelf. Een andere YFU studente uit Estland moest ook
mee met ons. Zij had echter wel een familie, maar die kon niet op de luchthaven
aanwezig zijn om welke reden dan ook. Voor we de parking konden verlaten,
moesten we eerst nog 30 dollar boete betalen, omdat Ximaena haar ticketje van
de parking kwijt was. Goed begonnen, is ...
Onderweg naar het YFU-kantoor weet Ximaena
mij echter te vertellen dat ze een gastgezin gevonden hebben en dat ik er
meteen heen ga. Dat was toch even fijn om te horen, want ik kreeg bijna het
gevoel dat niemand mij wilde. Mijn gastbroer Martin komt me ophalen, maar we moeten
even wachten. In Quito is er een systeem van nummerplaten. Een speciaal
systeem, dat ervoor zorgt dat er niet te veel auto's op de wegen van Quito
rijden. Elke auto krijgt een nummer van 1-10 (ik zeg maar iets) en nr 1 mag
enkel op maandag rijden en maar vanaf 19u30. Het is bij wijze van voorbeeld.
Hetgeen ik zeg klopt niet. Hoe dan ook, Martin mocht nog niet rijden.
Ik was heel welkom bij aankomst. Ik werd
mijn kamer gewezen en zo blijkt heb ik een eigen badkamer! De mama praat heel
vlug, terwijl papa Wilson meer het rustige type is. U ziet, ze vullen elkaar
mooi aan. Verder heb ik nog een zus (tweeling met Martin (24 jaar)) en een
broer Hernan (27 jaar). Die avond zelf al, werd ik alleen gelaten met de mama.
Op zich geen probleem, ware het niet dat Maria - want zo heet de mama - er
vanuit ging dat ik behoorlijk Spaans kan. Nu, ik begrijp wel een stuk, maar
niet als ze zo vlug praat. Zo kwam ze te weten dat mijn moeder een restaurant
had en daarom wafels gebakken had. Dat was ook de reden waarom ik 'cerdo, pollo
y camarones' kende. De teleurstelling viel nogal mee toen Martin het
misverstand de volgende morgen aan de ontbijttafel aan het licht bracht. Dit
deed hij door de wenkbrauwen te fronsen als Maria zei dat mijn mama een
restaurant had. Verder was het gesprek behoorlijk vruchteloos, daar ik niet
goed Spaans kan. We keken dan maar wat TV samen - waar ik dus ook geen snars
van begreep- en wat later besloot ik mijn nieuwe bed voor een jaar eens te
bezoeken.
De volgende morgen nam Martin me mee naar
Atacames, een stad aan de kust. Een busritje van een mooie 8 uur achter de
kiezen, dachten we aangekomen te zijn. Niet dus.
- Even
nog een kleine anekdote: toen we rond de middag uitstapten om te eten, zag ik
de buschauffeur op de grond zitten. Toen ik een 2de keer keek, zag ik dat hij
met zijn voeten een grote steen voor de band van de bus aan het duwen was.
Handrem, Ecuador style. -
We komen dus (niet) aan in Atacames. Ik zie
op het gezicht van Martin dat er iets mis is. Hij wist me te vertellen dat hij
gefopt geweest was door de mevrouw van de busdienst in Quito. We moesten nog
een halfuur/uur op de bus zitten richting Atacames. We moesten dus een nieuw
ticket kopen bij de compagnie met de niet zo toepasselijke naam 'Costañita'.
Uiteindelijk komen we dus toch in Atacames, meer bepaald in Castel Novo. Daar
heeft het gezin Tincho een appartementje waar ik met mijn gastbroer en zijn
vrienden de komende week zou doorbrengen.
De vrienden van Martin kwamen niet veel
later aan. Andres, Andrea, Dino, Erika 'Rika', Juan 'Chuchini' en Renata 'Rena'
zijn hun namen. Dino komt uit Roemenie en kan dus behoorlijk Engels, net als
Juan, maar ik weet niet waar hij het geleerd heeft (hij komt uit Ecuador). We
zijn die avond even uit geweest, maar al gauw bleek dat het er dood was. Het
was tenslotte donderdag. We zetten het feest dan maar verder op het dakterras
van het appartement. Aangezien het verboden is door YFU, heb ik de hele avond
cola moeten drinken. Die Pedrito Coco zag er nochtans niet slecht uit. De
volgende morgen hebben we gezwommen en à la Ecuador, niks gedaan. Hakuna
Matata.
Die dag echter speelde Ecuador tegen
Colombia, een uitmatch. De hoogte van Quito kon hen dus geen voordeel bieden.
Elk café, restaurant ... is hier voorzien van een televisie. De kleine
jeugdherberg die we laatst aandeden, kon net 2 bedden en een badkamertje
voorzien, maar een tv moet er zijn! De restaurants met de grootste tv's zaten
het volst en iedereen bekijkt gespannen de match.
Ecuadoranen zijn trots op hun team. Een
voetbalmatch is dus een niet te missen evenement als u beslist het land ooit eens met uw aanwezigheid te verblijden. De plaatselijke zelfstandige
mag er dankbaar om zijn. Alhoewel ze niet kunnen samenspelen en Colombia
duidelijk het betere team is van de twee, blijven ze er toch in geloven. Als
blijkt dat het balbezit de hele tijd voor Colombia is en elke minieme kans in
de kiem gesmoord wordt - al dan niet door het geklungel van Ecuador zelf, sorry
- wordt de sfeer al gauw grimmiger. Die ene leukerd die buiten met zijn
vuvuzela de hele tijd Colombia staat te schreeuwen, had niet bepaald een meerwaarde
voor die sfeer, maar het zal hem worst gewezen hebben. Er komt nog een goal
tegen, samen met het gevloek van een restaurant vol Ecuadoranen. Je hoefde echt
geen Spaans te kunnen om te verstaan wat er gezegd werd.
Plots is daar het keerpunt: een fout van
Colombia en een penalty voor Ecuador. Je kon een speld horen vallen. Als de bal
de stip verlaat, veert heel het café in vreugde recht. De bal echter was niet
in dezelfde stemming en besloot keihard naast te gaan. De toon was gezet en het
restaurant liep leeg als de scheidsrechter de aftocht blies. De partij eindigde
2-0 voor Colombia, verdiend moest Martin toegeven. 'Wat is dat toch met ons
team? Ze spelen als goden, maar ze verliezen telkens weer! Dat is omdat ze in
de poule zitten met Argentinië en zo!' Ik zei niks en dacht er het mijne van.
Van folkmuziek heeft niemand hier ooit
gehoord. Ze luisteren naar merengue, samba, salsa en brol (Pitbull nvdr.). Juan
en Dino daarentegen houden ook van rockmuziek, yes. Dat ge-bailar gaat me niet
zo goed af, maar dat komt wel zeker? We zijn in het weekend nog uit geweest,
maar ik slechts 1 avond. De 2de ben ik in slaap gevallen. Ik was kapot door de
jetlag. Elke dag ben ik om 5 of 6u wakker en ben ik om 18u alweer moe. Nu gaat
het al wat beter.
Gisteren dan zijn we naar Mindo vertrokken.
Onderweg zijn we in Santo Domingo gestopt om de match Ecuador contra Bolivie te
volgen en ondertussen iets te eten. Ze speelden 1-1 gelijk, al bij al niet
slecht als je hun spel achteraf bekijkt en het was hun 2de keeper. Dat bewees
hij door een bal die hij eigenlijk moest tegenhouden, toch maar door te laten
na een aarzelende tik met de vingers. We zetten de rit verder richting Mindo en
komen 's avonds laat aan. We eten pizza, want we hebben niet veel geld meer en
mijn bankkaart werkt niet (net als mijn telefoon nvdr.).
De volgende dag (vandaag dus) deden we een
7-tal deathrides in een natuurgebied bij de Rio Blanco. Die eigenlijk Rio Café
moest genoemd hebben, maar wie ben ik om daar een mening over te hebben
natuurlijk. Het was heel plezant en u kan mijn zeer fotogenieke aangezicht
(ahum) bewonderen op mijn blog.
Nu is het dus verder afwachten of ik in dit
gezin mag blijven. Ik vind het wel een tof gezin. Het is niet dicht bij alles,
maar ook niet ver. Zoals alles hier. Misschien, een beetje, soms, kan zijn,
tgoja, we zien wel. Dat is de Ecuadoraanse mentaliteit. O ja, ook hier geldt de
wet van de vlugste in het verkeer en bushaltes, tjah. Je fluit eens en de bus
stopt. Je springt er op, zegt waar je heen moet, betaalt vervolgens en klaar is
Kees, euh Paco.
Saludos
Bernd
11/09/2013
Ps: boodschap aan mama: sinds gisteren is
de eerste Ecuadoraanse OV2'er ook een feit. Zend je de papieren op?
more coming soon.
Abonneren op:
Posts (Atom)